Portfolio-opdracht 1: De functies van jeugdliteratuur

 
Jeugdliteratuur heeft verschillende functies. Ik hecht het meeste belang aan de formele functie, de inhoudelijke functie en dan in het bijzonder de psychologische functie en de intellectuele functie. Natuurlijk is er een onderscheid tussen functies van literatuur wanneer ik zelf boeken lees of als ik leerkracht zou zijn.

De formele functie is bij mij terug te vinden bij zowel ikzelf als lezer en leerkracht zijnde. Naar mijn mening is het taalverwervingsproces een van de belangrijkste pijlers bij het lezen van een boek. Hoe meer boeken je leest, hoe meer je woordenschat uitbreidt.

De inhoudelijke functies kan men onderverdelen in verschillende soorten.

Bij de psychologische functie maak ik het onderscheid tussen identificatie en ontspanning. Als lezer vind ik de ontspanning belangrijker. Ikzelf ben de pubertijd al ontgroeid en een boek zal mij nog moeilijk kunnen omvormen. Dus de identificatiefunctie zal bij mij persoonlijk weinig nut hebben. Maar als toekomstig leerkracht vind ik dit wel een zeer belangrijke functie voor de leerlingen. Sommige zoeken nog naar wie ze juist zijn en daar kan het juiste boek, bij de juiste persoon, bij helpen. De ontspanningsfunctie is dan weer bij beide terug te vinden. Zowel  de leerling als ikzelf moet een boek kunnen lezen om te ontspannen.

De intellectuele functie heeft voor mij maar één functie van belang. En dan voornamelijk in het schoolgebeuren. Leerlingen zouden boeken moeten lezen om hun creatieve kant te verruimen. Zo kan hij of zij zich ook beter inleven in een verhaal dat ze voorgeschoteld krijgen.